Iemand gaat buiten en wanneer hij terug binnenkomt krijgt hij een blinddoek om. De begeleider zegt dat de groep een kledingstuk heeft afgesproken dat zij/hij draagt. Het is aan die persoon om te raden over welk kledingstuk het gaat. Als zij/hij fout raadt, moet zij/hij het kledingstuk uitdoen. Het gekozen kledingstuk is de blinddoek.