Iemand begint met het zinnetje: "Ik ben (naam) Rippel met/zonder stippel (naargelang het geval), vraag aan (naam) Rippel Stippel met/zonder stippel (naargelang het geval): Hoeveel stippels heb jij?" Deze antwoordt dan met dezelfde zinsconstructie. Wie een fout maakt krijgt een stippel op het aangezicht door middel van een zwart verbrande kurk.
Varianten: