In die tijd genas Jezus tien melaatsen. Een van hen, een Samaritaan, keerde terug toen hij zag dat hij genezen was, en hij verheerlijkte God met luide stem. Jezus vroeg: "Zijn niet alle tien gereinigd? Waar zijn de negen andere? Is er niemand teruggekeerd om aan God eer te brengen dan alleen deze vreemdeling?" En Hij sprak tot hem: "sta op en ga heen; uw geloof heeft u gered."
Uit het evangelie volgens Lucas (17de hoofdstuk)
Dankbaarheid komt soms uit zeer onverwachte hoek. Enkel de vreemdeling keerde terug om Jezus te bedanken en God te verheerlijken; de negen andere vonden dat blijkbaar niet nodig.